zaterdag 26 februari 2011

Reisverslag 41 – Brazilië: Florianópolis, Blumenau, Pomerode en het eiland São Francisco.

Langzaam maar zeker rijden we langs de oostkust van Brazilië naar het noorden, richting Rio de Janeiro. Onderweg proberen we zoveel mogelijk hoogtepunten te bezoeken binnen de tijd die we beschikbaar hebben. We zijn deze keer dan wel negen weken onderweg maar moeten toch een beetje zuinig zijn met de tijd. Florianópolis mag je niet missen volgens de reisgidsen. Hiermee wordt niet zo zeer de stad Florianópolis bedoeld maar het eiland Santa Catarina waarop Florianópolis ligt. Jammer genoeg werd het pas droog op de dag dat we Santa Catarina verlieten richting Blumenau. We maakte een rondrit over het eiland en bezochten ook, op aanbeveling van onze vriend Jörg het vissersdorpje Ribeirão de Ilha maar we aten er geen oesters zoals Jörg gesuggereerd had. Wij zijn daar geen liefhebbers van en aten in plaats daarvan lunch in Barra de Lagoa dat bekend staat om zijn garnalen. We kregen zoveel garnalen dat we nog niet de helft op konden eten.

Ribeirão de Ilha




In Barra de Lagoa waren de terrassen leeg, stond het toiletgebouw onder water en had Ria een droog plaatsje gevonden om te roken.


Er was meer aandacht besteed aan de “hoeveelheid” dan aan de “kwaliteit” van het eten.


Santa Catarina panorama.

Blumenau is heel bekend in Brazilië vanwege het “Oktoberfest” dat er elk jaar word gehouden in navolging van München. Het is na het carnaval in Rio het grootste straatfeest in Brazilië. Het zou een “duitse” stad moeten zijn maar daar is niet veel meer van over. Het domme “zwarte” (ja met die haarkleur kan je ook dom zijn) sprak, zoals gebruikelijk hier in  toeristenbureaus, alleen maar Portugees. Ze zat er blijkbaar alleen maar om foldertjes uit te delen van de “historische” wandeling door Blumenau. De rest dat we wilde weten vond ze met onze hulp in het internet met “googlen”. Blumenau heeft een paar heel mooi gelegen campings (maar onbekend bij het toeristenbureau) in een prachtig natuurgebied ten zuiden van de stad. Voor onze reis door Zuid Amerika maak ik regelmatig gebruik van de informatie van de Oostenrijker Wolfgang Zellinger die een paar jaar met zijn Mercedes Sprinter door Zuid Amerika heeft gereden. Hij heeft hierover ook een boek geschreven (“Aus Neugier ziehen wir um die Welt”) maar dat boekt geeft niet veel praktische informatie. Voor een zakje Gumibären was hij bereid details over zijn overnachtingplaatsen etc. te sturen. In deze lijst had ik ook een goede referentie gezien van garage Kuhlmann in Blumenau. Omdat de remblokken van onze camper al enige tijd aan vernieuwing toe waren, reden we, met behulp van Wolfgang’s co-ordinaten, naar Kuhlmann. Ze hadden het erg druk en zaten bepaald niet om een klusje verlegen maar niettemin gingen ze direct aan de slag. Jammer  genoeg had de Volkswagengarage in Nederland het verkeerde model remblokken meegegeven voor de achterwielen.

Beelden van de historische wandelroute.


Welkom in Nieuw Rusland. (de betekenis hiervan is niet duidelijk geworden)


De natuur op de camping “Recanto Silvestre” was geweldig.


De toekans  kwamen s’morgens op de camping de vruchten van de palmboom eten.




 
Ook deze vogel was dol op de vruchten van de palmboom. Al leken ze veel te groot voor dat kleine bekje.

Op de parkeerplaats in Pomerode zagen we voor het eerst tijdens deze reis weer een buitenlandse camper. Het was “Bavarian Bill” uit Ober Allgau. We hadden hem vorig jaar al eens ontmoet. Hij heeft in 4 of 5 talen, in grote letters op zijn camper een mededeling staan voor mensen die zijn camper willen uitruimen. Er staat zo iets op als: Geachte dief, doe maar geen moeite meer want je collega’s zijn je al voor geweest. Ook kwamen de Brazilianen weer tegen die we bij Tourlife, in Novo Hamburgo al eerder ontmoet hadden (ja die met die mooie wasmachine). Hun stonden op het evenemententerrein en konden voor ons daar ook wel een plaatsje regelen. Volgens Lonely Planet spreekt meer dan 70% van de inwoners Duits. Dat was ook duidelijk te merken aan het aantal mensen dat ons Duits kenteken had gezien en een praatje kwam maken.


Pomerode.


Het evenemententerrein in Pomerode.


Als je Duits kent, kan je op het evenemententerrein ook Portugees leren.


In deze bloemenstruik kon je heel goed de fases zien van het bloeien van deze mooie bloemen.


Duits stereotype mozaïeken op de bankjes in het park in Pomerode.




Ongeveer 200 km ten noorden van Florianópolis ligt de historische stad São Francisco do Sul op het eiland São Francisco. Het eiland was ontdekt door een fransman in 1504 maar pas een eeuw later stichtten de Portugezen er een dorp. Er zijn nog veel koloniale gebouwen en  straatjes uit die tijd behouden gebleven. Het eiland heeft een groot aantal oceaanstranden met voor elk wat wils van pootjebaden tot surfen. Het is er in het weekend erg druk met mensen uit de nabij gelegen steden Joinville en Curitiba. Volgens het toeristenburau zou er op het eiland geen camping zijn. Dit konden we niet geloven en begonnen zelf op onderzoek uit te gaan. Na een paar communicaties met gebruik van “handen en voeten” wist een jonge dame dat er bij Enseada Beach een camping was. Ze probeerde uit te leggen hoe je daar na toe moest rijden maar gaf het na enige tijd op. Wij waren een hopeloos geval. Ze stapte in de auto en maakte gebaren dat we haar moesten volgen. Na ongeveer 5 km stopte ze en zei dat we nu niet meer fout konden gaan als we maar rechtdoor bleven rijden. En inderdaad een tijdje later verscheen het bord “Tony Camping”. De campingbazin had een tamme papagaai die een paar keer per dag uit zijn kooi mocht. Ze liet trots zien dat haar papagaai ook graag regelmatig een douche neemt.


 
Één van de vele mooie straatjes in São Francisco do Sul.


Dit is wel een hele mooie decoratie bij het huisnummerbordje.


Een deel van Enseada Beach.


Zonder parasol heb je de schaduw van een boom hard nodig.


De campingbazin met haar huisdier.


De papagaai vond het heerlijk onder de douche.





woensdag 16 februari 2011

Reisverslag 40 – Brazilië: van de grens tot het nationaal park “Aparados da Serra”

Grensovergangen leveren altijd weer de nodige verrassingen op vooral omdat wij met onze  eigen Camper rondrijden. Zoals ook weer deze keer van Uruguay naar Brazilië. Het begon al in Uruguay waar we bij de douane stopte om tijdelijk invoervergunning af te geven. We gaven het papier af en de dame begon direct weer een nieuw formulier in te vullen. Toen ze vroeg hoelang wil je wegblijven werd duidelijk dat ze we een tijdelijke uitvoervergunning kregen voor drie maanden. Zoiets was bij alle grensovergangen nog nooit vertoond. Bij de Braziliaanse grens was het nog gekker. We reden door een imposante poort de grens over maar er was niemand te zien. Tot grote ergernis van alle auto’s achter ons ging ik het gebouw binnen om een ambtenaar te zoeken. De man was heel vriendelijk en zei dat als we een stempel in ons paspoort wilde hebben en een tijdelijke invoervergunning voor de auto dan moesten we maar naar de politie en de douane gaan een paar kilometer verder op. Met een paar keer vragen vonden we in een parallel straat het politie kantoor.  Bij het douane kantoor wilde de receptiejuf ons terugsturen naar de grens waar we net vandaan kwamen. Uiteindelijk kregen we een vriendelijke ambtenaar te spreken die een uur nodig had om de vergunning in te vullen. Je vraagt jezelf natuurlijk af, waarom doe ik zoveel moeite voor de stempels en de paperassen als je zomaar de grens over kan rijden. Het probleem is namelijk dat je niet weet wat er gebeurd, bij de grensovergang, als je Brazilië weer wilt verlaten.

Vanaf het noorden van Uruguay regende het elke dag met af en toe hevige buien waardoor soms gevaarlijke situaties op de wegen ontstonden. Ondanks de regen bleef de temperatuur aangenaam, ongeveer 25° C.


Zodra het even droog was kwamen de vlinders te voorschijn op de camping.

Kievieten zie je bijna overal in Uruguay en het zuiden van Brazilië.


Tot overmaat van ramp begon het dakluik van de ventilator te lekken. De afdichting was misschien al geruime tijd niet in orde maar als het niet of weinig regent merk je er niets van. De afdichtingkit was behoorlijk verteerd van de jarenlange hete zon op het dak. Gelukkig kon ik me herinneren dat iemand in het zuiden van Brazilië overnacht had bij een camperreparatie bedrijf. Na wat zoeken op de computer vond ik inderdaad de co-ordinaten van Sinostrailers in Novo Hamburgo. Op dat moment waren we daar maar 100 km vandaan. Op het punt van de co-ordinaten aangekomen stonden we voor de poort van Tourlife. Waren ze misschien van naam veranderd? Nee, het zijn concurrenten, zei later een Braziliaanse klant tegen mij, die er ook voor een paar reparaties was. Sinostrailers is een kilometer verderop. Maar ben blij zei hij, deze jongens zijn net zo goed en veel goedkoper dan Sinostrailers.


In 2 ½ uur hadden deze mannen de klus geklaard. Het meeste werk was het verwijderen van de oude kit.


Ria heeft niks met grote campers maar een wasmachine zou toch wel handig zijn.



Met Willkommen, Opa’s Restaurant en Eisenbahn bier denkt je niet in Brazilië te zijn.


Over een groot deel van de weg van Novo Petropolis naar Gramado staan aan beide zijden Hortencias. In Gramado vind je ze overal en overwoekeren soms de wandelpaden.


Deze foto is voor Piet, mijn buurman bedoeld. Hij is van plan een voorportaal voor zijn tourcaravan te bouwen. De Brazilianen weten hoe je zo iets aanpakt. Dus Piet ik hoop dat deze foto nog ziet voor je met bouwen begint.


De winkels en restaurants in Gramado weten hoe ze de aandacht op hun zaak moeten trekken.



 
120 km ten noordoosten van Gramado ligt het dorp Cambará Do Sul, de uitvalsbasis voor een bezoek aan het nationaal park “Aparados da Serra”. Op advies van het toeristenbureau overnachtten we hier bij Pousada Corucacas. Het is primair nog een grote boerderij met als nevenactiviteit een Pousada (klein hotel) en een kampeergelegenheid. Als het niet aldoor geregend had, hadden we graag nog een dag langer gebleven op deze mooie locatie.
Tussen de buien door maakte we een wandeling door het nationaal park met als hoogte punt de Cânion do Itaimbezinho. Een 600 – 700 m diepe en 5800 m lange kloof met twee mooie watervallen. De Nederlanders waren die middag goed vertegenwoordigd. We kwamen twee werknemers van DSM tegen die op zakenbezoek in Porto Alegre waren. En in het informatie centrum werkte een 2de generatie Nederlandse Braziliaan Willem Kempers die ons in Nederlands het nodige wist uit te leggen.


Welkom in Cambará Do Sul.

Dit was het eerste waarschuwingsbord voor Dengue (knokkelkoorts) dat we zagen in Brazilië en het stond bij de ingang van een begraafplaats. Waarom daar? Toeval?


Pousada Corucacas.


Bij Pousada Corucacas met onze Braziliaanse vrienden Armando en Gláucia uit Barazinho.

Deze ongeveer 1,20 m. grote vogel zagen we even op de Pousada. Weet iemand hoe deze vogel met het mooie kuifje heet?
Hier is het antwoord van onze Braziliaanse vrienden: 
The name of that bird is SERIEMA. It has an interesting history. The farmers said that when the Seriema sings a lot, means the end of the Raining season. It is a very shy bird and frequently avoid contact with the humans, but sometimes it is not true, because you took a very nice picture.


Op een afstandje een normale eend maar als je de kop van dichtbij bekijkt is hij wel heel bijzonder.


De Cânion do Itaimbezinho met de twee watervallen.


Armando and Gláucia.waren zo aardig om de namen van deze bloemen te mailen.
The Yellow Flower´s name is TIRIRICA-de-flor-Amarela (Hypoxis decumbens L.)
The other flower is the symbol of our State, its name is BRINCO DE PRINCESA, in english means Princess´ Earrings. (Fuchsia hybrida)

De 22 km lange onverharde weg van het nationaal park “Aparados da Serra” naar Praia Grande was heel slecht en door de regenbuien had er zich ook nog een beekje gevormd.


In Novo Hamburgo waren we al in de Duitse regio aangekomen. We reden verder via Novo Petropolis naar Gramado. De Duitsers vestigde zich hier vanaf 1824 en waren de eerste emigranten in deze regio. Later, vanaf 1870 kwamen ook de Italianen naar dit gebied. Het landschap rond Gramado is heel aantrekkelijk met bergen van rond 1000 m. Gramado doet er alles aan om het Duitse imago te behouden want het trekt veel Braziliaanse toeristen aan. Deze regio kent zowel een zomer als een winter toeristenseizoen omdat het in de winter één van de weinige plaatsen in Brazilië is waar wel eens paar centimeter sneeuw ligt.

donderdag 10 februari 2011

Reisverslag 39 – Uruguay: van Punta del Este naar de grens met Brazilië.

150 km ten westen van Montevideo ligt de mondaine badplaats Punta de Este. Gedurende het hoogseizoen zijn er vooral veel Argentijnen en ligt er elke dag wel weer een ander cruiseship.
Bij Punta del Este eindigt de Rio de la Plata (al lijkt het al honderden kilometers niet meer op een rivier) en begint de Atlantische Oceaan. In Punta del Este woont ook  Hartmut, mijn gepensioneerde oud-collega. Onze laatste zakelijke ontmoeting was in Buenos Aires in 1992 en het was logisch om de gelegenheid waar te nemen om weer een beetje bij te kletsen over o.a. onze gemeenschappelijke tijd in Londen en zijn activiteiten in Uruguay.

Panorama van Punta del Este. Cruiseschepen kunnen er niet aanleggen en de passagiers moeten met bootjes naar de wal worden gebracht.

Punta del Este met rechtsonder de oud-collega’s aan het bijkletsen.


Op het strand van Punta del Este komt een hand te voorschijn uit het zand. De oorsprong hiervan is ons onbekend maar het zou wel eens een variatie kunnen zijn op de grote hand die in Chili uit de Atacama woestijn te voorschijn komt.


Van Punta del Este langs de kust naar het noorden, naar de grens met Brazilië, ligt de ene badplaats naast de andere, ieder met zijn eigen karakter en daardoor ook een eigen publiek. Na La Paloma, Valizas, Punta Diablo en Aqua Dulces, reden we naar het “Parque Nacional de Santa Teresa”. Dit nationaal park heeft zijn oorsprong in het fort “Fortaleza de Santa Teresa”. Het bestaat verder uit een groot en mooi aangelegd park met veel palmbomen en prachtige stranden. In een deel van het park is ruimte gemaakt voor een enorme grote camping met wel plaats voor 4000 tenten, caravans of campers.


Op de camping in La Paloma neemt men de registratie wel erg serieus. Er worden namelijk digitale fingerafdrukken genomen.

Nee deze mensen gaan niet op safari. Ze worden per 4x4 over de duinen vervoerd naar de autovrije badplaats en natuurpark Cabo Polonio.


Het strand van Valizas



Valizas met op de achtergond de hoge duinen van Cabo Polonio.


Het strand bij Aqua Dulces.


Ons overnachtingplaatsje in Aqua Dulces. Ria voelde er zich niet veilig omdat het te eenzaam was.


Het “Parque Nacional de Santa Teresa” met rechts de bloemenkas uit de 19de eeuw.


Het fort “Fortaleza de Santa Teresa”. De Portugezen begonnen met de bouw in 1762 maar de Spanjaarden pikte het in 1763 in en bouwde het af. In de dertiger jaren van de vorige eeuw werd het gerestaureerd.


Dit deel van het fort vond Ria  het leukste.

In het westen van Uruguay ligt ook het nationaal park “Quebrada de los Cuervos”, wat zo iets als kraaienkloof betekent. Maar er zijn helemaal geen kraaien te bekennen, wel een groot aantal gieren die boven de kloof cirkelen. In het park is een wandeling uitgezet waarbij je twee keer in de kloof naar het riviertje loopt en weer terug omhoog. Er zitten een aantal steile stukken in de wandeling, over rotsen maar gelukkig hangen er hier en daar touwen om jezelf omhoog te trekken of vast te houden bij de afdaling. Wij stonden met de camper in het park onder mooie grote populieren, tot om 10 uur s’avonds de parkwachter kwam met het advies om een stuk lager te overnachten en op enige afstand van de populieren, want het zou heftig gaan regenen met tegelijk harde wind tot mogelijk orkaansterkte. Dus besloten we met enige tegenzin om in te pakken en te evacueren naar een veiliger plaatsje. Misschien komt het wel doordat we goede slapers zijn maar we hebben geen regen gehoord en zelfs geen zuchtje wind gevoeld.

Foto’s van onze wandeling door de Quebrada / kloof.


Flora en fauna in het park “Quebrada de los Cuervos”  - 1


Flora en fauna in het park “Quebrada de los Cuervos”  - 2


Het (onveilige) plaatsje tussen de hoge populieren.

Boven de kloof vlogen talloze van deze gieren.